Who’s afraid of little old me?

I laughed in your face and said/”You’re not Dylan Thomas, I’m not Patti Smith/This ain’t the Chelsea Hotel, we’re modern idiots”

De echte fan herkent bovenstaande tekst natuurlijk meteen; het zijn regels uit het nieuwe nummer The Tortured Poets Department van Taylor Swift. Tijdens de pandemie ontdekte ik haar muziek pas echt. Folkore en Evermore zijn voor mij de soundtrack van die jaren uit mijn leven.

Nu haar nieuwste album uit is ben ik uiteraard nieuwsgierig, dus toen ik net onder de douche stapte pakte ik mijn telefoon erbij en zocht ik het album op via Youtube. (Even terzijde: dat is misschien wel mijn lievelings abonnementsdienst. Geen reclame én ik kan muziek luisteren via YouTube Music. Ik vind het iedere euro waard).

Dit wordt trouwens geen albumreview. Het was lastig luisteren tussen het vallende water door en op dit moment, terwijl ik in badjas met mijn laptop op bed zit, speelt het nummer “But Daddy I love Him”. Dat is nog niet eens halverwege het album.

Onder de douche dacht ik na over hoe open Taylor is in haar nummers. Ze weet dat er miljoenen mensen meeluisteren, haar woorden interpreteren en verhalen maken van haar teksten. Dat er mensen zijn die haar verkeerd zullen begrijpen en daar heel wat woorden aan vuil gaan maken. Zelf worstel ik enorm met het idee verkeerd begrepen te worden en dus schrijf of zeg ik vaker iets niet dan wel. En als ik dan eens iets schrijf (en mezelf ervan weet te weerhouden om er een dikke disclaimer bij te zetten), dan voelt het super kwetsbaar. Daar lijkt Taylor geen last van te hebben. Hoe doet ze dat?

Op Instagram heb ik nu al een paar keer de term “Cringe Mountain” (oftewel: de schaamteberg) tegengekomen. Die term suggereert dat je eerst over een berg van schaamte heen moet, voordat je aan de andere kant in een warm bad terecht komt. Het is misschien super ongemakkelijk om voor het eerst filmpjes te gaan maken op TikTok of om je poëzie te gaan delen, maar als je eenmaal over die schaamte heen bent, dan komt het wel goed. Iederéén heeft dat (blijkbaar).

Vroeger had ik die schaamteberg niet zo. Als kind en jonge tiener schreef ik zóveel. Nu denk ik bij alles eerst: hm, wat is het nut hiervan. Wat vinden anderen hiervan? Wat zegt dit over mij? Is het wel goed genoeg? (En als ik de antwoorden niet heb: kan ik dan niet net zo goed gewoon mijn mond houden?). De wereld is aan mij geen groot schrijver of poëet kwijtgeraakt (geloof me maar), maar ergens heb ik ook zoiets van: heb ik dat nou voor mezelf verpest? Dat stukje plezier?

Ik weet nog even niet hoe ik over die schaamteberg heen ga stappen. Misschien is het een wat langere klim en duurt het even? Misschien moet ik het benaderen zoals onze verbouwing van het huis; stap voor stap? Of die berg er gewoon laten zijn en accepteren dat het er nou eenmaal bij hoort?

Who’s afraid of little old me?/Well, you should be

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *